In ons Hoger Onderwijs duikt de term ‘assessment’ steeds vaker op. Dit is het gevolg van de invoering van competentie-gericht onderwijs. Bij competentiegericht onderwijs passen de klassieke examens (tentamens, overhoringen) minder goed. We willen dat de student bepaalde competenties hier-en-nu laat zien. Dat doen we via assessment: een hopeloze term want het betekent nix meer dan ‘beoordeling’.
Taken van het lectoraat
Een van de taken van het lectoraat assessment binnen Saxion Hogescholen is beoordeling (of toetsing) van studenten op een fatsoenlijke manier te laten plaats vinden. Een van de manieren waarop je dat kunt doen is via gedragsproeven (ook wel: performance assessment, simulaties of arbeidsproeven geheten)[1]. Vraag de student te laten zien dat hij bepaald competent gedrag in huis heeft. Deze vorm van assessment vinden veel opleidingen duur en ingewikkeld om te organiseren. Dat klopt, maar het is wel een soort Proeve van Bekwaamheid en dus direct aansluitend bij de komende beroepspraktijk. De makke bij arbeidsproeven is natuurlijk weer de menselijke beoordelaar: die zijn het zelden eens over prestaties van kandidaten.[2] Dat vereist dus training en goed overleg (vooraf!) over hoe een dergelijke proeve te beoordelen.
Vaak wordt dan ook gekozen voor een schijnbaar eenvoudiger methode: het portfolio. Laat de student maar een aantal bewijsstukken verzamelen die aantonen dat hij over de vereiste competenties beschikt. Het gevolg laat zich raden: grote mappen met van alles en nog wat daarin. Ongestructureerd en vaak niet gevalideerd. Klopt het? Is het door de student zelf gedaan? De docent heeft niet de tijd alles goed te lezen, te checken en te beoordelen. Dat gebeurt dus uit de losse pols. Zeker in dit copy-paste tijdperk en internet kan dat gemakkelijk fout gaan.
Hoe dan wel?
Mijn collega lector Gerard Straetmans heeft een procedure voor het beoordelen van portfolio’s bedacht. Het komt er op neer dat:
- Je omschrijft welke bewijsstukken toelaatbaar zijn
- Er een toetsmatrijs is opgezet (competenties x beoordelingsmethoden)
- Gewichten aan de diverse beoordelingen zijn toegekend
- Rekenregels en criteria (de cesuur) zijn gemaakt die leiden tot de beslissing
Prcedure Portfolio Scoring
Deze methode noemt hij Procedure Portfolio Scoring en is beschreven in een boekje dat is uitgegeven door Cito. Gedragsproeven en portfolio’s zijn belangrijke toetsmethoden bij competentiegericht onderwijs. Het zijn echter niet de enige. Net als bij selectie in de wereld van het werk geldt: een mix van methoden – zoals bij assessment centers – voldoet het best.
[1] De Kenniskring rond het lectoraat Assessment heeft hier een boek over geschreven. Hendriks & Schoonman (2005). Handboek Assessment. Deel 1. Gedragsproeven: ontwikkeling, implementatie en evaluatie. Assen: Van Gorcum
[2] Zie Hofstee (1999): Principes van beoordeling of iets concreter: Schoonman (2005): De zwakste schakels – over assessoren. Onderzoek van Onderwijs, 34, 1, 10-14
Geef een reactie