Meewerkend voormannen zijn de nieuwe managers

15/12/2015 Leestijd: 2 minuten

Tachtig procent van alle managers kan zonder enig probleem uit de organisatie worden weggehaald, en dan wordt het werk beter gedaan. Dat zeg ik niet, dat zegt professor Richard Boyatzis van de Case Western Reserve University. Hij heeft sinds eind jaren ’70 in meer dan 90 landen onderzoek gedaan naar de toegevoegde waarde van managers. En de conclusie was dat 80 procent van de managers voor maar 1 persoon of minder (niemand dus) toegevoegde waarde heeft in de organisatie. De managers vonden zelf overigens dat ze dat wel hadden.

Volgens Boyatzis waren de uitzonderingen militaire organisaties, en dan vooral de operationele militairen (die van het knokken) en andere organisaties waar managers meewerken om daadwerkelijk een operationeel resultaat te behalen. Een meewerkend voorman dus.

Dat zijn conclusies nog niet als een bom zijn ingeslagen in managend Nederland en de managende wereld is enerzijds schokkend, anderzijds begrijpelijk. Van de automobilisten denkt immers ook 90 procent dat ze best rijdende 10 procent horen. Dat zal bij managers niet anders zijn.
Ikzelf heb me vaker afgevraagd wat managers deden. Vooral in grotere organisaties is het mij vaak volkomen onduidelijk wat er allemaal wordt in al die overleggen, lunchmeetings, conference-calls, werkoverleggen, voortgangsgesprekken en tussentijdse evaluatiegesprekken. Ja, de schijn van controle ophouden, dat gebeurt in ieder geval. Maar welke daadwerkelijke toegevoegde waarde ze hebben, dat blijft een beetje vaag.
En dat komt vooral doordat de meeste managers geen meewerkend voormanrol vervullen. Soms lijkt het wel alsof een manager zelf niets meer kan. Zelfs voor het halen van lunch hebben ze een secretaresse nodig. Op zich strookt dat niets meer kunnen wel met de gedachte dat een goed manager zichzelf zo snel mogelijk overbodig maakt, maar meestal doen ze dat nu juist niet.

Heel veel managers zijn vooral goed in het frustreren van processen, en het op een goedbedoelde manier coachen van werknemers, waarbij ze vooral kijken wat ze zelf belangrijk vinden en niet zozeer naar wat de medewerker goed kan en wil. Daarbij zie je ze zelden zelf verkoopgesprekken voeren, de schilderkwast ter hand nemen, een stuk programmatuur opleveren, of een winkelschap bijvullen. Want meestal zijn ze druk met ‘belangrijke dingen’, waarbij verder onduidelijk is wat dat belangrijke ding nu precies is.

Als managers zich meer zouden opstellen als meewerkend voorman, en zelf doen wat de collega’s ook doen, en daardoor met hun voeten in de klei de collega’s coachen, dan zouden ze toegevoegde waarde hebben.

0 reactie(s) op “Meewerkend voormannen zijn de nieuwe managers”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.