Laat ik beginnen te vertellen dat ik twintig jaar een bureau voor assessment heb gehad. Gehad want ik had er geen zin meer in. Duizenden kandidaten gezien “op zoek naar een nieuwe uitdaging”. En toen was ik zelf op zoek naar een nieuwe uitdaging. Sindsdien houd ik mij meer bezig met assessment op instrument niveau, geef strategische adviezen en geef training aan assessoren. Dit ter inleiding om duidelijk te maken dat ik geen commercieel belang bij dit stukje.
In de meeste organisaties is personeel zowel de belangrijkste kostenpost als de moneymaker. Zeker in een diensteneconomie gaat het om het verschil wat iemand kost en wat hij binnenbrengt. Dat laatste noemen we ‘productiviteit’: wat voegt de arbeid van de persoon aan waarde voor de klant en de eigen organisatie toe? En daar komt de economische kant van assessment om de hoek kijken. Wanneer je door een assessment in staat bent een net iets productievere kandidaat aan te nemen, begint de meter te lopen. Laten we eenvoudig beginnen met relatief ongeschoold werk: caissière bij een supermarkt. Valt het u ook op dat sommige rijen voor de kassa sneller gaan dan andere? Dat bedoel ik. We zetten twee van deze mensen naast elkaar:
Persoon A
Uurloon: € 5,-
Uuromzet: 20 x € 25 = € 500
Marge supermarkt: 5% = € 25
Productiviteit: 1 : 5
Persoon B
Uurloon: € 5,-
Uuromzet: 30 x € 25 = € 750
Marge supermarkt: 5% = € 37.50
Productiviteit: 1 : 7.5
Persoon A en B verdienen beiden hetzelfde uurloon. Persoon A bedient in een uur 20 klanten, persoon B doet er 30. Elk klant doet voor € 25 boodschappen. De supermarkt heeft een marge van 5%. Je ziet meteen dat persoon B per uur € 12.50 meer bijdraagt aan het bedrijfsresultaat dan persoon A. Dat lijkt niet zoveel, maar vermenigvuldig dit met 8 (dagtaak) en vervolgens keer 5 (weektaak) en je zit al op € 500 verschil per week. Wanneer beide personen twee jaar deze functie uitoefenen is het verschil in productiviteit tussen A en B opgelopen tot € 40.000!
Stel nu dat een assessment – bijvoorbeeld een paar eenvoudige testjes op het gebied van rekenvaardigheid, klantvriendelijkheid, discipline et cetera – € 250 kost. En door dit assessment wordt de kans op het kiezen van een persoon B in plaats van A hoger. Je ziet meteen dat zo’n investering in assessment – mits er sprake is van enige predictieve validiteit – eigenlijk al snel loont. De vraag aan het assessment bureau is dus niet die naar de kosten, maar naar het aantoonbare rendement. Elk goed assessmentbureau moet dit kunnen voorrekenen…
En dan hebben we het hier alleen nog over relatief lage functies met weinig vrijheidsgraden wat betreft verschillen in productiviteit.
Geef een reactie